Hoogbegaafdheid versus talent
Het woord talent en de betekenis die het gegeven wordt, zorgt voor veel verwarring wanneer het in verband gebracht wordt met hoogbegaafdheid.
De wetenschap is het (nog) niet eens over het feit of een talent een gave is of aangeleerd, maar voorlopig lijkt het er op dat beide een rol spelen. Het talent zorgt er voor dat je interesse in grote mate uitgaat naar een bepaald gebied en is aansturend waardoor je een speciaal niveau kunt bereiken dat voor anderen onbereikbaar is. Voor de meeste talenten heb je veel oefening nodig om zo goed te worden dat je duidelijk boven de rest uitstijgt.
Bij hoogbegaafdheid zijn heel veel vaardigheden al op een bovengemiddeld niveau aanwezig. Door het hoge doorzettingsvermogen dat aan de dag gelegd kan worden wanneer hoogbegaafden bezig zijn met iets dat hen interesseert, hebben zij een grote kans om ook werkelijk uit te blinken in hun talent. Soms duurt het alleen even voor ze voldoende zelfvertrouwen hebben om hun talent te gaan ontwikkelen.
Veel toptalenten zijn hoogbegaafd, zij hebben op het juiste moment de juiste mogelijkheden gekregen of geschapen om hun talent tot op hoog niveau uit te bouwen.
Howard Gardner
De Amerikaanse psycholoog Howard Gardner deed onderzoek naar meervoudige intelligenties. Hij is van mening dat ieder mens een of meerdere dimensies heeft waarin men uitblinkt (en dus ook graag doet). Verder beweert Gardner dat de traditionele IQ-testen te weinig rekening houden met deze dimensies. Gardner deelt het begrip intelligentie op in acht domeinen. Je kunt stellen dat als je in een bepaald domein hoog scoort dat daarbinnen, naar alle waarschijnlijkheid, ook je talent ligt. Hoogbegaafden scoren over het algemeen in veel domeinen bovengemiddeld. Dat zou verklaren waarom hoogbegaafden vaak veel verschillende talenten bezitten.
De 8 intelligenties van Gardner
verbaal/linguïstische intelligentie
Iemand met een goed ontwikkelde linguïstische intelligentie denkt voornamelijk in woorden. Hij houdt van het lezen en schrijven en is verbaal ingesteld.
logisch/mathematische intelligentie
Een logisch/mathematisch ingesteld iemand denkt: in getallen, symbolen en wiskundige vormen. Hij houdt van redeneren, (data) analyseren, logisch denken en abstract denken.
visueel/ruimtelijke intelligentie
Iemand die visueel/ruimtelijk is ingesteld denkt in beelden. Hier valt het beeldenken onder.
lichamelijke/kinesthetische intelligentie
Een lichamelijk/kinesthetisch ingesteld iemand denkt en leert door lichamelijke gewaarwordingen.
muzikaal/ritmische intelligentie
Wanneer iemands grootste kracht ligt in muzikaal/ritmisch denken, dan denkt hij via melodieën en ritmes.
natuurgerichte intelligentie
Een naturalist denkt vanuit een natuurlijke omgeving. Zijn belangstelling ligt bij het onderscheiden van flora en fauna.
interpersoonlijke intelligentie
Een interpersoonlijk en sociaal gericht iemand denkt door met anderen te praten. Hij houdt van omgang met andere mensen,
intrapersoonlijke intelligentie
Iemand met intrapersoonlijke intelligentie denkt over eigen gedachten en gevoelens, is intuïtief, heeft een grote mate van zelfkennis en een sterk zelfbewustzijn.
Ten slotte
Het onderwijs vraagt vooral verbale en logische intelligentie. Terwijl de mens de neiging heeft te reageren vanuit het domein wat het sterkst ontwikkeld is. Dit maakt duidelijk waarom sommige mensen niet uit de verf komen. Zij kunnen weinig of geen gebruik maken van hun sterkste kwaliteiten.
Opvallend is dat bij een groot percentage hoogbegaafde mensen de interpersoonlijke- en intrapersoonlijke intelligentie zeer goed ontwikkeld is.